Intake: Moeder vertelt over haar zoon van bijna 17. De zorg voor haar zoon is groot. Hij woont niet altijd thuis. Hij moet al heel lang leren om in het gareel te lopen. Hij gaat af en toe over de grenzen heen, omdat hij ook gewoon puber wil zijn. Als hij zich aanpast, krijgt hij complimentjes en vrijheden. Als de leiding fysiek gaat dreigen of doen, dan neemt hij zelf ook een dreigende houding aan en gaat hij fysiek terug doen. Ik vind het erg voor hem dat hij dit mee moet maken, terwijl hij al zo’n klote leven heeft gehad. Het raakt me dat hij geen andere manier krijgt aangeboden op het moment van protest. Moeder wenst dat hij zelfstandig leert denken en daarin begeleid wordt.
Terugkoppeling (na 2 weken): Moeder heeft vroeger van haar ouders geleerd om ‘in het gareel’te lopen. Ze wilde vroeger graag een puber zijn, maar als ze protesteerde, werden ze gelijk fysiek met haar en mocht ze niets meer. Moeder mag wat vaker over de grenzen gaan en “gewoon”puber zijn. Als ze zich eens niet zou aanpassen, zou ze meer complimentjes en vrijheden kunnen krijgen.
De onrechtvaardigheid is de verbinding tussen moeder en kind. De ervaringen hiermee zijn zo groot geweest, dat het pubergedrag niet tot bloei is gekomen.
Follow-up (na 2 maanden): Moeder geeft aan dat de weg niet makkelijk is geweest en verwacht er ook nog niet te zijn. Wel volgt ze nog meer haar gevoel en kiest ze wat vaker voor zichzelf. Het gevoel van onrechtvaardigheid is er nog steeds wel en ook in contact met de leiding van haar zoon blijft dit aanwezig. De gesprekken hebben tot meer inzicht geleid in haar eigen stuk van vroeger, waardoor ze haar zoon nog beter begrijpt en kan begeleiden.